2016 november 20 Vragen Behoorlijk Bestuur betreffende “windmolens op zee”.

Vragen Behoorlijk Bestuur betreffende “windmolens op zee”.

Vragen Behoorlijk Bestuur betreffende “windmolens op zee”.

Met enige verbazing heeft Behoorlijk Bestuur kennis genomen van de RIB R116.0148.(2016) betreffende “windmolens op zee”.

In genoemde RIB wordt de indruk gewekt dat de brief van Minister Kamp aan de Tweede Kamer een indicatie zou zijn voor kansen op het gebied windenergie  (en dan met name op het gebied van onderhoud) voor de Port of Den Helder. Deze indicatie zou ook onderschrijven dat de “visie” op de ontwikkeling van de haven “gericht op het verzilveren van kansen? “ de juiste zou zijn.

Afgezien van de tamelijk holle frasen in deze RIB is de informatie ook feitelijk onjuist. De brief van de minister legt slechts uit dat hij vasthoudt aan de route zoals die afgesproken op het gebied van het verder ontwikkelen van windmolenparken op de Noordzee. Naast de historische verhandeling in aanloop naar het routeplan schetst de minister welke parken in ontwikkeling gaan komen en hoe dat past in de afspraken van het energieakkoord. In het bijzonder de ervaringen bij het park bij Borssele zijn positief en tonen aan dat de uitgangspunten van de routekaart juist zouden zijn en dat de realisatie zelfs gunstigere uitkomsten zal kennen dan verwacht. Voorts nog wat cijfers over kosten en energieopbrengsten.

Niets over een bijzonder positie van Den Helder maar ook niets over onderhoud.

Enige verdieping in de materie levert het volgende. Op dit moment zijn er in de directe omgeving van Noord-Holland twee windmolenparken gerealiseerd, beide net noord van de zogenaamde IJ-geul. Deze parken ; “Amalia” (ENECO) buiten de 12 mijls zone en “Egmond aan Zee” (NUON) binnen de 12 mijls zone zijn beide gebouwd vanuit IJmuiden De firma die dit heeft gedaan en nu het onderhoud uitvoert is VESTAS en is gevestigd in IJmuiden. In IJmuiden is nochtans meer dan voldoende ruimte voor dit bedrijf om uit te breiden en op dit moment bestaan plannen om leegstaande loodsen te slopen en zo nog meer ruimte te creëren voor toekomstige bouw en onderhoud van windmolenparken.

Dit is de inleiding voor de volgende vragen van Behoorlijk Bestuur aan het college.

  1. Gegeven de brief van de minister kan het college aangeven wat de relevantie daarvan is voor de bijzondere kansen van Den Helder op het gebied van onderhoud aan windmolenparken op zee.
  2. Is het college het met BB eens dat de suggesties zoals gewekt in de RIB niet worden onderbouwd door de brief van de minister.
  3. Indien ja, is het college het met BB eens dat RIB’s zorgvuldiger moeten zijn vwb de gekozen bewoordingen en suggesties.
  4. Kan het college aangeven welke realistische indicatie er is om te kunnen aannemen dat gegeven de huidige stand van zaken in de toekomst mogelijk substantiële werkgelegenheid naar Den Helder (Port of Den Helder) zal komen gerelateerd aan windenergie op zee.
  5. Is het college het met BB eens dat de visie tav de havenontwikkeling te beperkt is met de focus op windenergie.
  6. Is het college het met BB eens dat een visie gericht moet zijn op grotere diversiteit naast windenergie.

 

Michiel Wouters

Fractie Behoorlijk Bestuur.

Downloads:

ri16-0148-windparken-op-zee

vragen-windmolenparken

?????????????????????????????????????????????????????????
Voor Blogs van BB  klik HIER
?????????????????????????????????????????????????????????
Voor Nieuws klik HIER?????????????????????????????????????????????????????????
Wie zijn wij? klik HIER?????????????????????????????????????????????????????????
Onze speerpunten klik HIER?????????????????????????????????????????????????????????